Waar was ik gebleven?
Ik staarde naar een granaatappel aan een boom en bedacht hoe lang het geleden was dat ik zomaar kon genieten van de natuur? Hoelang was het geleden dat ik een boek las, zonder dat mijn gedachten nerveus naar andere plaatsen heen flitsten? Meestal was ik te moe om de concentratie op te brengen. Hoe vermoeid ik precies was, merkte ik pas toen ik hier aankwam, in dit mooie land in het zuiden. Ik was doodmoe. Ik was het doodmoe geweest en had beslist om met mijn zoon naar dit land te verhuizen. Onze droom achterna, op zoek naar rust en een leefbaar leven.
Moe zijn werd mijn spook.
Het leven van een alleenstaande moeder is niet altijd een lachertje. Als understatement kan dit tellen. Het zijn heel veel ballonnen die je alleen moet zien in de lucht te houden. De zorg voor de kinderen, het huishouden, je job, jezelf, de anderen. Tijd voor de combinatie van dit alles is er niet, dus maak je noodgedwongen keuzes. Je werkt en zorgt voor de kinderen. De rest schiet er al eens bij in. Een job is van belang; het brengt brood op de plank en als je geluk hebt, kan je jezelf ontplooien, ontmoet je collega’s, bouw je een netwerk op. Bij mij was dat zeker het geval. Maar ik werd moe, heel erg moe van het pendelen, de enorme inspanningen die de combinatie zorg en arbeid van mij vroegen, de bedenkelijke levenskwaliteit. Ik sliep niet meer. Moe zijn werd mijn spook. Ik sleurde mij er doorheen, veel te lang. Tot het op was, en nog langer. Ik werd kribbig, eiste van mijn omgeving minstens dezelfde inspanningen als degene die ikzelf deed. Als ik niet sliep, dan niemand. Thuiswerk was mijn redding. Ik kon op die dagen wat recupereren: ik hoefde de afstand niet af te leggen en dat betekende twee uur meer slaap. Maar op termijn bleek het te weinig. Ik hield dit niet vol. Na lang aarzelen hebben we de boel de boel gelaten en de beslissing genomen. Aan zo’n tempo wilde ik niet verdergaan. Ik wilde leven, en liefst nog lang. En dat zou ik het zuiden gaan gebeuren, aan een rustiger ritme. Ik snakte naar rust en naar een spelletje uno met mijn zoon.
Perfect is geen verplichting.
Moet iedereen nu naar het zuiden? Natuurlijk niet. Maar misschien moeten we met z’n allen wat meer voor onszelf zorgen, mag het allemaal wat trager, wat minder ook. Niet alle ballonnen die we in de lucht houden, moeten zo strak opgeblazen te zijn. Perfect is geen verplichting. Gewoon goed is al meer dan goed genoeg. Het leven is niet voldoen aan verwachtingen van anderen, of een opeenvolging van plichten. Over je leven mag jezelf beschikken. Investeren in levenskwaliteit, in jezelf betekent andere opofferingen. Daar kan je zelf iets aan doen. Moet die tweede of eerste auto wel? Worden we gelukkig van die materiële zaken als we er zelf uitgeblust bij lopen? Het leven is geen instagramfeed, maar een flow waar je jezelf nog in moet herkennen.
Er is werk aan de winkel.
Ook in de werkomgeving zijn er mogelijkheden. Ik pleit voor meer zelfzorg op het werk, voor investeringen in burn-out preventie; ik pleit voor kwaliteit op de arbeidsvloer. Flexibel of agile is een modewoord. Maar flexibiliteit komt het best tot zijn recht als het van twee kanten komt. Thuiswerk is hiervan een mooi voorbeeld. Ìk sta niet te springen dat mensen die het om één of andere reden niet redden dan maar deeltijds moeten gaan werken. Deeltijds werken is een half loon en voor velen niet haalbaar. Ik sta wel te springen voor een verkorting van de arbeidsduur met behoud van loon. Ik sta wel te springen voor maatregelen die ervoor zorgen dat bijvoorbeeld ook alleenstaande ouders voltijds kunnen blijven werken, op een manier die voor hen haalbaar is. Die maatregelen kunnen betrekking hebben op flexibele uurregelingen, betaalbare kinderopvang, haalbare targets.
Er is werk aan de winkel, bij onszelf, bij werkgevers, bij de overheid, bij de samenleving tout court om het voor iedereen leefbaar te houden. Er is een leven daarbuiten, waar dat dan ook is.
Meer lezen over mijn doen en laten: bakkenenverhalen.be